Je hebt niveau 3 succesvol afgerond als je je dagelijkse routine kunt beschrijven, kunt vertellen wat je leuk en niet leuk vindt en begrijpt hoe je ideeën met elkaar kunt verbinden met behulp van de -te-vorm. Dit niveau gaat dieper in op hoofdstukken 5 tot en met 8 van Genki I. We gaan dieper in op zinsbouw, het vervoegen van bijvoeglijke naamwoorden en het gebruik van meerdere werkwoorden in één zin. Je begint ook met het lezen van eenvoudige passages met kanji en begint patronen in informele conversaties te begrijpen.

Leer hoe je over je dag kunt praten, dingen kunt beschrijven en eenvoudige gesprekken kunt voeren. Dit is waar je Japans natuurlijker en soepeler aanvoelt.